Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Lood: gewichtig, gemakkelijk, gevaarlijk

André Weel
Jurjen Breedijk
Het vakgebied Arbeid en Gezondheid kent een lange en rijke geschiedenis. André Weel en Jurjen Breedijk, allebei bedrijfsarts en curator bij het Trefpunt Medische Geschiedenis Nederland op Urk, werken aan een Canon waarin deze geschiedenis in enkele tientallen bijdragen wordt samengevat. Deze teksten worden te zijner tijd gebundeld in een boek (de Canon voor Arbeid en Gezondheid), maar verschijnen daarvoor al op TBV-online.
Lead (Pb) electrolityc

Archeologen delen de prehistorie in tijdvakken in. Globaal zijn dat de steentijd, de bronstijd en de ijzertijd. In de Nederlanden begint de ijzertijd rond 700 voor Christus. IJzer komt dan in gebruik voor de productie van wapens en van gereedschap. De ijzertijd eindigt bij het begin van de christelijke jaartelling. Vreemd genoeg is er geen ‘lood-tijd’ benoemd in de prehistorie. En dat terwijl lood al 6000 jaar bekend is, en veel gebruikt is door uiteenlopende culturen, vooral die met een simpele technologie.

Lood om oud ijzer?

Lood heeft allerlei voordelen in vergelijking met ijzer. De zegswijze ‘het is lood om oud ijzer’ verwijst naar de tijd dat de geldwaarde van (oud) lood en oud ijzer ongeveer gelijk was. De uitdrukking ‘Het is (oud) lood om oud ijzer’ komt dan ook al in de zestiende eeuw voor. Letterlijk staat er: ‘Als je lood ruilt voor oud ijzer, levert je dat noch voordeel, noch nadeel op.’1 Tegenwoordig is lood meer waard dan ijzer! Terwijl juist ijzer als element onmisbaar is voor de mens. IJzer maakt deel uit van het haem-molecuul: een ringvormig molecuul dat een essentiële component is van het hemoglobine, dat zuurstof in het bloed transporteert. Lood is juist giftig voor de mens. Net als asbest is lood overal te vinden, breed toepasbaar, en slecht voor de gezondheid.

Laten we eerst de voordelen van lood noemen. Looderts, meestal in de vorm van Galena (loodsulfide), ook wel loodglans genoemd, komt op veel plaatsen in de natuur voor. Lood is veel gemakkelijker uit erts te winnen dan ijzer. Lood is goed bestand tegen corrosie. Door de brede en uiteenlopende bruikbaarheid van lood komen er al vroeg ook nadelen aan het licht. Zo ontstaat er in de Middeleeuwen een praktijk om wijn te versnijden door er lood aan toe te voegen. Zo kun je zure wijnen zoeten en conserveren. Deze praktijk bestaat tot in de achttiende eeuw. Een ander voorbeeld van antieke toepassing van lood vinden we in pottenbakkerijen. Hier worden de keramische producten in vloeibaar lood gedompeld, om ze van een glanslaag te voorzien.

Historiografie van het giftige lood

Hippocrates (460-377 voor Christus) is de eerste geneesheer die een beroepsmatige loodvergiftiging beschrijft, en wel bij een metaalertssmelter.2

Bernardino Ramazzini (1633-1714), arts en hoogleraar te Padua, beschrijft in zijn beroemde werk De Morbis Artificum Diatriba (Over de Ziekten der werkers, 1700, uitgebreid in 1713) dat arbeiders die in hun werk met lood in aanraking komen, zoals schilders, loodgieters, pottenbakkers, mijnwerkers en metaalbewerkers, vaak ernstig ziek worden.3 Hij beschrijft ook de symptomen van loodvergiftiging.

Figuur 1: Titelblad ‘Traité des maladies de plomb ou saturnines’

Johannes Grashuis (1699-1772) is een Amsterdamse arts die regelmatig patiënten met een koliek ziet. Hij schrijft zijn werk Colica Pictonum (de loodkoliek bij schilders) in 1752 om zijn eigen succesvolle therapie met aluin bekend te maken.4 Grashuis schrijft dit werk in 1758 ook in het Nederlands voor de Hollandsche Maatschappij voor Wetenschappen, in het kader van een prijsvraag, en krijgt daarvoor de gouden penning.

Tabel 1: vroege (Leidse) bijdragen van artsen aan de loodkoliek-discussie in de achttiende eeuw
Tabel 1: vroege (Leidse) bijdragen van artsen aan de loodkoliek-discussie in de achttiende eeuw

Historisch gezien is de Franse arts Louis Tanquerel des Plances (1810-1862) de eerste loodexpert. Hij behandelt in Parijs meer dan 120 patiënten met loodvergiftiging. Hij publiceert in 1839 zijn verhandeling Traité des maladies de plomb ou saturnines.5 Hij is ook de eerste die de loodzoom op het tandvlees beschrijft in The Lancet.

Winning en toepassing

Lood is een blauwgrijs metaal met het symbool Pb (Plumbum), atoomnummer 82 en atoomgewicht 207,2. Het heeft een hoog soortelijk gewicht (11,34) en een laag smeltpunt (327,4 graden Celsius). Het is gemakkelijk vervormbaar en slecht doorlatend voor gamma- en röntgenstralen.

Jaarlijks wordt wereldwijd zo’n 2,5 miljoen tot lood geproduceerd, waarvan bijna de helft wordt gebruikt in de VS. De laatste eeuwen is lood onder andere gebruikt om te solderen, voor druk en typografie, munitieproductie, de aanleg van waterleidingen, en voor de bescherming tegen röntgenstralen.

Loodsmelten is het proces waarbij het metallische lood wordt geëxtraheerd uit erts, gewoonlijk loodsulfide. Bij het smelten van lood en loodproducten (recycling) kan damp met loodoxide vrijkomen. Dat kan neerslaan in het stof. Loodstof in de lucht en op de werkplek ontstaat bij de fabricage van loodbatterijen, accu’s, loodmenie, verven en kleurstoffen, loodverbindingen, rubberproducten en glas, en bij het droge slijpen en snijden met loodhoudend gereedschap. Kortom, lood is overal in ons milieu aanwezig, als gevolg van zijn natuurlijk vóórkomen én zijn brede toepassing in de industrie en de bouw.

Risicoberoepen

Glas-in-loodwerkers en dakdekkers die oude gebouwen en kerken vernieuwen kunnen blootgesteld worden aan grote hoeveelheden fijn, geoxideerd lood als ze het verweerde lood verwijderen. Verder lopen risico: brandweerinstructeurs en leden van jachtverenigingen. In de drukkerijen wordt lood niet meer gebruikt bij het letterzetten. Dit is een wijdverbreide toepassing in de eerste helft van de twintigste eeuw, uitvoerig beschreven door Louis Heijermans.6

Meer dan een halve eeuw lang zijn organische loodverbindingen toegevoegd aan benzine als antiklopmiddel. De belangrijkste zijn tetraëthyl- en tetramethyllood. Via het snuiven van benzinedamp (tijdens het werk als pompbediende of als vorm van verslaving) kan blootstelling plaatsvinden.

Opname in het lichaam

Lood kan respiratoir (inhalatie), gastro-intestinaal (ingestie) of dermaal (via de huid) in het lichaam worden opgenomen. Inhalatie is de belangrijkste route d’entrée voor beroepsblootgestelden. Van ingestie is vooral sprake bij slechte hygiëne: daar waar men eet en drinkt of rookt op de werkplek, zonder tevoren goed de handen te wassen.

Organische loodverbindingen in benzine kunnen ook via de huid worden opgenomen. Eenmaal geresorbeerd, wordt het lood over het lichaam verdeeld onafhankelijk van de route d’entrée. Het meeste lood in het bloed zit in de erytrocyten. Ongeveer 94 procent van de totale body burden aan lood zit bij volwassenen in het skelet. De halfwaardetijd van anorganisch lood is 30 dagen voor het bloed en 27 jaar voor het skelet. De bloedloodconcentratie is de meest gebruikte index voor de loodblootstelling, maar deze weerspiegelt alleen de recente blootstelling en staat niet in relatie tot de totale body burden. De concentratie kan worden gemeten bij beroepsblootgestelden in het kader van preventief medisch onderzoek.

Lood remt twee enzymen die van belang zijn voor de haemsynthese: delta-aminolevulinezuurdehydratase (ALAD) en ferrochelatase. Langs deze weg kan de aanmaak van hemoglobine worden geblokkeerd, met anemie (bloedarmoede) als gevolg.

Symptomen

Loodvergiftiging manifesteert zich in uitgesproken vorm met buikpijn, kolieken en obstipatie. Bij mindere blootstelling is er meestal sprake van vermoeidheid, slapte, gegeneraliseerde pijnen in de spieren en gewrichten, en soms enige buikpijn. Er is bewijs voor een verband tussen loodblootstelling en hypertensie.

Lood is nefrotoxisch en kan het centrale, perifere en autonome zenuwstelsel aantasten. Milde veranderingen in het centrale zenuwstelsel worden gekenmerkt door progressieve vermoeidheid en lethargie. Vaak wordt dit het eerst door de familieleden opgemerkt. Het kan het werk en sociale leven van de patiënt verstoren. De patiënt kan zijn interesse in huiselijke en sociale activiteiten verliezen: hij komt thuis van zijn werk, gaat zitten en valt onmiddellijk in slaap.

Een typische vergiftiging bij een volwassene wordt gekenmerkt door buikpijn, bloedarmoede en spierzwakte (perifere neuropathie). De spierzwakte is meer uitgesproken in de armen dan in de benen. De vingerextensoren kunnen als eerste verzwakken. Vervolgens veroorzaakt uitval van de polsextensoren een ‘wrist drop’ of ‘dropping hand’ (vrij zeldzaam in westerse landen).

Figuur 2: Burtonse loodzoom van het tandvlees
Figuur 2: Burtonse loodzoom van het tandvlees

Vergiftiging met tetraëthyllood (door benzinesnuiven) veroorzaakt een organische psychose. De psychiatrische symptomen kunnen plotseling optreden.

Behandeling

Het was lange tijd gebruikelijk om loodwerkers een pint melk per dag te geven als ‘tegengif’. Melk, met name calcium, zou de opname van lood in de darm remmen. Lactose zou die opname echter juist bevorderen!

Stoppen van de blootstelling is bij milde symptomen voldoende. Bij ernstiger intoxicatie zijn chelerende middelen aangewezen, zoals penicillamine en natrium-calcium-edetaat, of dimercaprolderivaten.7

Een opzienbarende ontdekking

Tijdens fundamenteel scheikundig onderzoek vond hoogleraar Wim Noorduin van NWO-instituut AMOLF onlangs bij toeval een praktisch toepasbare testmethode voor de snelle detectie van lood.8 Daarmee heeft hij opeens een belangrijk middel in handen voor het opsporen van loodverontreiniging en daarmee voor het oplossen van een groot gezondheidsprobleem. De onderzoeker spuit een oplossing op een verdacht oppervlak. Als er lood aanwezig is, gaat de oplossing daar een chemische reactie mee aan die ervoor zorgt dat de halfgeleider perovskiet, een mineraal met de chemische formule CaTiO3, ontstaat. Dit perovskiet licht vervolgens fel groen op door er met een UV-lampje op te schijnen.

Dit mag je gerust een doorbraak noemen voor de wereldwijde opsporing van lood in het leef- en werkmilieu van de mens. Eén op de drie kinderen wereldwijd heeft loodvergiftiging. Dat zijn 800 miljoen kinderen! Er zijn nog altijd zwaar vervuilde gebieden in minder ontwikkelde landen. Maar ook in de Verenigde Staten heeft één op de drie huizen nog loodverf. Met de methode-Noorduin kunnen plekken met loodverontreiniging snel worden opgespoord.

Tot besluit

Loodvergiftiging komt tegenwoordig in ontwikkelde landen nog maar zelden voor. De meeste artsen zullen het niet zien tijdens hun werkzame leven. Maar in ontwikkelingslanden komt het nog veel voor. Op wereldschaal bezien is het de meest voorkomende beroepsvergiftiging.

Literatuur

1. Groot Uitdrukkingenwoordenboek. Van Dale, 2006
2. Kreek FW van der. De Colica Plumborum. Pharmaceutisch Weekblad 1988; 123: 1065-1071.
3. Ramazzini B. De morbis artificum diatriba. 1700, 1713.
4. Grashuis J. Welke zyn de Natuur, Oorzaak, Ken- en Voortekenen, Hulp- en Behoed-Middelen van de Colica Pictonum, en welke is de reden, dat zy nu meer, dan voorheen, in ons Land regeert? Verhand Holl Mij Wetensch 1758; 4: 513-614.
5. Tanquerel des Planches LJCM. Traités des maladies de plomb ou saturnines. Paris: Ferra, 1839.
6. Heijermans L. Handleiding tot de kennis der beroepsziekten. Rotterdam: W.L. & J. Brusse, 1908.
7. Baxter P er al. Hunter’s diseases of occupations. 10th ed. CRC Press, 2010.
8. Boot R. Spray voor looddetectie laat zien dat lood alomtegenwoordig is. NewScientist 17 maart 2025.
9. Hegger C, Savelkoul TJF, Meulenbelt J. Vergiftiging door lood. Ned Tijdschr Geneeskd. 1992; 136: 1093-1097.
10. Pagliuca A, Mufti GJ. Lead poisoning: an age old problem. Br Med J. 1990; 300: 830.

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen
account, maak dan hieronder een account aan.
Lees ook de spelregels.