Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties1

Verslag TBV-congres

Precies 2 jaar geleden kregen we te maken met de eerste harde lockdown: het begin van de coronapandemie die iedereen al lang in zijn greep houdt. Wie had zich 2 jaar geleden kunnen bedenken dat woensdag pas weer het eerstvolgende TBV congres gehouden zou worden? Het 18e TBV congres is een feit, waarbij bedrijfs- en verzekeringsartsen elkaar weer in levenden lijve kunnen ontmoeten. Met voor sommige nieuwe collegae zelfs een eerste kennismaking met elkaar buiten de inmiddels ingeburgerde online meetings. Redacteur Moniek van Zitteren doet verslag.

Sjef Wijnen (adviseur verzekeringsarts, commissielid TBV congres): ‘Energiek om elkaar te ontmoeten’.

Na alle ‘coronamoeheid’ is het toepasselijke thema van het TBV congres dan ook ‘vermoeidheid’. Vermoeidheid is een aspecifieke klacht die vele verschillende oorzaken kent en een uitdaging kan vormen voor zowel de bedrijfs- als verzekeringsarts.

Burn-out

Het ochtendprogramma ging van start met een opening van Tom van ‘t Hek als dagvoorzitter. Daarbij wisselde hij van gedachten met Wilmar Schaufeli en Jan Jaap Verolme over de ‘Burn-out bubbel’.

Tom van ’t Hek (dagvoorzitter): ‘Milde klachten… doorwerken?’

Volgens Jan Jaap Verolme en Wilmar Schaufeli gaat het bij een groot deel van de spraakverwarring over burn-out over het feit dat het daarbij om 2 dingen gaat: enerzijds klachten als demotivatie en vermoeidheid én anderzijds echt niet meer in staat zijn om het werk te doen. We praten te gemakkelijk over burn-out, terwijl het aantal harde diagnoses beperkt is. Volgens Schaufeli ontstaat zo gemakkelijk een spraakverwarring. Daarom is het zo belangrijk om te weten waar je over spreekt als het gaat om burn-out.

Rol van perfectionisme

Arjan Schröder ging in de eerste presentatie van start met een anekdote waarin hij een voorbeeld schetste van zijn eigen stressgerelateerde klachten. Perfectionisme is namelijk een belangrijk element in het ontwikkelen van burn-out. Volgens Schröder zijn er twee problemen: het eerste is dat perfectionisme leidt tot ziekte. Naarmate men meer kenmerken van perfectionistic concerns heeft met onder andere angst voor het maken van fouten, ervaart men over het algemeen meer klachten van burn-out (ziekte). Kijkend naar perfectionistic strivings is de balans daarin belangrijk. Wanneer men (te) weinig of (te) veel perfectionistic strivings (neiging om de lat heel hoog te leggen) heeft, ervaart men namelijk meer klachten van burn-out. Deze relatie is dus niet lineair maar U-vormig. Idealiter zit je hier in het midden.

Het tweede probleem is dat de neiging tot perfectionisme toeneemt in onze samenleving. Adviseer daarom zo nodig een behandeling gericht op het verminderen van perfectionisme. Daarbij moeten zowel de perfectionistic concerns als de perfectionistic strivings aangepakt worden. Arjan Schröder sloot zijn verhaal af met een vraag ter reflectie: ‘How to be an imperfectionist‘.

Tom van ‘t Hek (dagvoorzitter): ‘we hebben te weinig lummeltijd als kind’. Arjan Schröder (spreker) ‘klopt, we leggen de lat hoger en hoger.’

Chronische vermoeidheid

Hans Knoop leerde ons vervolgens dat chronische vermoeidheid niet een ziektespecifiek, maar een generiek symptoom is.

Hans Knoop (spreker): ‘Wie is er nu moe?’

Elke chronische ziekte gaat gepaard met een verhoogde prevalentie van vermoeidheidsklachten. Deze prevalentie wordt nog eens vergroot naarmate men meer aandoeningen heeft. Vermoeidheid is een aspecifieke klacht, maar als je patiënten zelf vraagt welke klachten op de voorgrond staan, dan staat het altijd in de top 5. Kijkend naar werk bestaat er een negatieve relatie tussen vermoeidheid en werk. Na 12 maanden hebben mensen met chronische vermoeidheidsklachten namelijk een grotere kans om nog in de ziektewet te zitten ten opzichte van mensen zonder ernstige vermoeidheidsklachten.

Kan je chronische vermoeidheid dan verklaren door ziekte? Knoop laat zien dat de ernst van de chronische vermoeidheid niet correleert met somatische markers van ziekte. De bijdrage van ziektespecifieke factoren aan chronische vermoeidheid is gering. Wel lijken niet-ziektespecifieke factoren belangrijk. Met andere woorden: niet de ziekte, maar het gedrag van het individu is van belang. Volgens Hans Knoop is ‘het individu’ daarom juist het niveau waarop je moet kijken. Interventies met een transdiagnostische aanpak (zoals cognitieve gedragstherapie) die worden afgestemd op de vermoeidheid van het individu leiden tot minder ervaren belemmeringen en beperkingen ten gevolge van ziekte.

Erik Scherder (spreker): ‘Ik hoop dat u een beetje zin heeft in de hersenfuncties!’

Rol van het brein

Het ochtendprogramma werd afgesloten door niemand minder dan Erik Scherder met een voordracht over de relatie tussen het brein en vermoeidheid. Daarbij stipt Scherder in een actueel voorbeeld over thuiswerken direct de essentie van zijn presentatie aan: mentale en fysieke vermoeidheid zijn met elkaar vervlochten! Het publiek werd uitgedaagd om actief deel te nemen. Daarbij testte Scherder onder andere het werkgeheugen van de deelnemers in de zaal als warming-up, voordat hij inging op de invloed van de hersenstructuren op vermoeidheidsklachten.

Bij het chronische vermoeidheidssyndroom is de verbinding tussen cortex en subcortex verstoord, waardoor de signaaloverdracht tussen de verschillende hersenstructuren minder goed verloopt. Daardoor wordt ook het motorische circuit aangedaan. Daarmee laat Erik Scherder een neurologisch substraat voor vermoeidheidsklachten zien.

Miesje van Dooren (AIOS verzekeringsgeneeskunde: ‘Vermoeidheid heeft een neurobiologische basis en de oplossing ligt niet in het ‘uit de weg gaan van vermoeidheidsklachten.’

De belangrijkste les van het ochtendprogramma is dat chronische vermoeidheid een veelvoorkomende aspecifieke klacht is. Wellicht soms lastig te beoordelen in de spreekkamer voor bedrijfs- en verzekeringsarts, maar de sprekers hebben laten zien dat er meer te verklaren en te onderbouwen is dan men in eerste instantie dacht!

Middagprogramma

Ook het middagprogramma stond in het teken van chronische vermoeidheid én burn-out. De middag startte met parallelle sessies.

De richtlijn psychische klachten werd doorgenomen voor bedrijfs- en verzekeringsartsen, waarbij de richtlijn middels casuïstiek doorlopen werd met burn-out/vermoeidheid als aandachtspunt. Er was sprake van een goede interactie, waarbij op enig punt de conclusie was dat meer samenwerking tussen bedrijfs- en verzekeringsarts eerder in het ziekteproces wenselijk is! Een mooie ‘call to action’ voor beide beroepsgroepen.

Marit van Boreen (AIOS verzekeringsgeneeskunde): ‘Een boeiend programma!’

Verder was er aandacht voor het meten van vermoeidheid, wat nog geen sinecure bleek. Ook werd aandacht besteed aan vermoeidheid en slaapproblemen. Daarnaast stond long-covid op het programma, waarbij vermoeidheid een groot onderdeel van de klachten uitmaakt. Een van de uitdagingen voor bedrijfs- en verzekeringsartsen is dat er te veel beoordelingen verricht moeten worden met te weinig artsen bij een relatief nieuw ziektebeeld. Veel long-covid patiënten presenteren zich namelijk met een variërend ziektebeeld en hebben achteraf gezien niet de goede (herstel)zorg gehad. Deze workshop werd afgesloten met de knelpunten bij herstelzorg (in de eerste fase van de pandemie).

Rol van stress

De dag werd plenair afgesloten door Karen Nieuwenhuijsen over stress en vermoeidheid. Daarbij stipte ze aan dat we inmiddels veel weten over burn-out (waarbij er overigens nog genoeg wel te onderzoeken is), maar dat we vooral de beschikbare kennis ook moeten toepassen in de praktijk.

Karen Nieuwenhuijsen (spreker): ‘We moeten nu niet achterover gaan leunen’.

Ze ging ook in op evidence-based screenen op psychische klachten waarvoor inmiddels veel gevalideerde vragenlijsten beschikbaar zijn. Verder is uit onderzoek duidelijk dat het functioneren op het werk op individueel niveau verbetert als bedrijfsartsen inzetten op preventieve interventies. Het inzetten van dergelijke interventies blijkt ook rendabel te zijn voor de werkgever.

Het ‘aan de man brengen’ van de beschikbare interventies is in de praktijk echter weerbarstiger dan gedacht. Iedereen roept ‘preventie is belangrijk’ maar het daadwerkelijk toepassen gebeurd veel te weinig. Karen Nieuwenhuijsen speelde tijdens haar presentatie ook in op recente publicaties over de beoordeling van chronische vermoeidheid. Als toegift sloot ze af met genoeg stof tot nadenken over toekomstige onderzoeksmogelijkheden.

Volgend jaar weer

De congrescommissie heeft een mooi en gevarieerd programma neergezet waarbij sprekers ingingen op verschillende aspecten van chronische vermoeidheid. Een leerzame dag die mogelijk meer houvast biedt voor chronische vermoeidheid in de spreekkamer van zowel de bedrijfs- als verzekeringsgeneeskunde.

We kunnen nu uitkijken naar het volgende TBV congres. Daar ligt weer een mooie taak voor de congrescommissie. Laten we er vanuit gaan dat het dit keer niet ruim 2 jaar op zich laat wachten door COVID!

Moniek van Zitteren is aios verzekeringsgeneeskunde en redacteur van TBV
Contact:
Moniek.vanZitteren@uwv.nl

Zie ook de interviews op TBV-online met Arjan Schröder, https://www.tbv-online.nl/perfectionisme-onvoldoende-erkend-als-risicofactor-voor-burn-out/ Hans Knoop https://www.tbv-online.nl/juiste-leefstijl-helpt-bij-vermindering-chronische-vermoeidheid/  en Karen Nieuwenhuijsen https://www.tbv-online.nl/magazine-artikelen/we-weten-genoeg-over-burn-out-aan-de-slag-met-preventie/

1 REACTIE

  1. De meeste mensen worden moe van hun eigen innerlijke blokkades. Ook wel mental scrpitbesluiten genoemd. Die scrpitbesluiten zijn in oorsprong overlevingsbesluiten. Die scriptbesluiten keren zich tegen je als je ze niet aanpast aan de huidige omstandigheden.

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen
account, maak dan hieronder een account aan.
Lees ook de spelregels.