Blue collar workers in de scheepsbouw hebben te maken met veel risicofactoren voor pijn aan het bewegingsapparaat. Kennis en overtuigingen ten aanzien van pijn beïnvloeden de omgang met pijn en het herstel. De richtlijnen bevelen aan dat bedrijfsartsen in hun advisering rekening houden met het biopsychosociale pijnmodel en aan de hand daarvan herstelbevorderende en -belemmerende factoren adresseren.

De onderzoeksvraag is: ‘welke kennis, gedachten en attitudes ten aanzien van pijn aan het bewegingsapparaat hebben blue collar workers in de scheepsbouw?’ Het is uitgevoerd via kwalitatief onderzoek middels semigestructureerde interviews.

De participanten, zeven mannelijke blue collar workers, verklaarden hun eigen pijn, en factoren van invloed daarop, spontaan uitsluitend biomedisch. Bij doorvragen over musculoskeletale pijn in het algemeen bleek bij de meesten wel een ‘bredere’ kijk op pijn aanwezig. Verder waren alle deelnemers van mening dat men zelf (in bepaalde mate) invloed kan hebben op pijn. Bewegen werd door alle deelnemers als herstelbevorderend gezien. Ten aanzien van ziek melden bleken de deelnemers een attitude te hebben van ‘richten op mogelijkheden’ en ‘rekening houden met elkaar’.

De conclusie is: blue collar workers in de scheepsbouw lijken pijn aan het bewegingsapparaat in hoge mate biomedisch in plaats van biopsychosociaal te beschouwen. Tegelijkertijd lijken zij ten aanzien van bewegen, eigen invloed op pijn en arbeidsparticipatie een herstelbevorderende attitude te hebben.

Lees het hele onderzoek hier.

_{Katharina Harms, aios bedrijfsgeneeskunde, ArboNed, Groningen
Prof. dr. Michiel F. Reneman, hoogleraar Revalidatiegeneeskunde. Rijksuniversiteit Groningen, Universitair Medisch Centrum Groningen, Afdeling Revalidatiegeneeskunde, Centrum voor Revalidatie, Haren / Groningen
Correspondentieadres: katharina.harms.van.dijk@arboned.nl
Goedkeuring: februari 2025}