Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties1

‘Het zou mooi zijn als onderzoek voor de hele beroepsgroep beschikbaar is’

Jozien Wijkhuijs
Boyd Thijssens is aios bedrijfsgeneeskunde en vicevoorzitter van beroepsvereniging NVAB. Hij houdt zich daar bezig met opleiding en onderwijs en ziet een grote meerwaarde in wetenschappelijk onderzoek voor de beroepsgroep. ‘Een heleboel onbeantwoorde vragen leiden in potentie tot wezenlijke veranderingen in hoe wij ons werk doen.’

Met het afronden van zijn onderzoek, eerder gepubliceerd op TBV-online, heeft Boyd Thijssens alle verplichten voor zijn opleiding tot bedrijfsarts afgerond. ‘Officieel ben ik nog steeds in opleiding, ik wacht nu op mijn diploma,’ vertelt hij. Thijssens werkt bij de Nieuwe Arts, een kleine, sterk groeiende arbodienst uit Amsterdam, met ook een kantoor in Eindhove, waar hij nu zit.

Hij houdt het echter niet bij zijn werk als bedrijfsarts en zijn opleiding. Intern in de organisatie houdt hij zich ook bezig met beleid en hij zit in het bestuur van de NVAB, als vicevoorzitter. Daar heeft hij de portefeuille ‘opleiding en onderwijs’, samen met bedrijfsarts Erik Sprong. ‘Verder organiseren we bijvoorbeeld nascholing, zijn we bezig met digitalisering en op dit moment ook met een groot project dat gaat over co-schappen,’ vertelt hij.

Leuk en ingewikkeld

‘Veel dokters en professionals hebben een uitgesproken mening over het vak en zijn ermee begaan,’ vertelt Thijssens. ‘Ik ook. In heel veel rollen binnen de beroepsvereniging kun je met je vak bezig zijn en dat is zinvol en nuttig.’ Het werk is leuk en ingewikkeld, zegt hij. ‘Het leuke aan onze beroepsgroep is dat de respons op bijvoorbeeld een ledenuitvraag heel heterogeen is. Het is iedere keer weer anders.’ En zeker ook voor aios is het goed om inbreng te leveren. ‘Ik heb ervaren dat juist ook de mening van de jonge klaren in het vak wordt gewaardeerd. Het vak bestaat nu veel uit oudgedienden en de wens is sterk om ook nieuwere mensen mee te nemen in het maken van beleid.’

De portefeuille ‘opleiding en onderwijs’ ligt Thijssens. Zelf deed hij onderzoek naar hartritmevariabiliteit bij overspanning en burn-out. ‘Toen ik begon aan dit vak, had ik een voorkeur voor het bewegingsapparaat. Dat is heel fysiek en tastbaar,’ zegt hij. Psychische klachten, overspanning en burn-out vond hij maar ingewikkeld en ongrijpbaar. ‘Maar in de afgelopen 5,5 jaar in dit vak ben ik dat wel steeds leuker gaan vinden. Juist in de begeleiding bij psychische klachten kun je een heel belangrijke bijdrage leveren.’ Vanuit zijn achtergrond in de sportwereld kent hij hartritmevariabiliteit, als graadmeter voor monitoren van herstel. ‘Met dat in het achterhoofd dacht ik: “als je daarmee ook herstel van burn-out kunt monitoren, kunnen mensen misschien weer sneller aan het werk.” Ik onderzocht hoe zulke metingen aansluiten op wat wij in de praktijk denken dat mensen kunnen.’

Niet iedere aios is blij met de onderzoeksopdracht, stelt hij. ‘De opleiding tot bedrijfsarts is een praktijkopleiding, je leert een vak. Voor sommigen voelt de de wetenschap eraan vastgelijmd, omdat het nou eenmaal een academische opleiding is.’ Hij moet eerlijk zeggen dat hij dat gevoel van tevoren ook een beetje had. ‘Ik had de geneeskunde-opleiding al gedaan, waarom moest dit nog?’ Maar tegen alle verwachtingen in begon hij het onderzoek doen leuk te vinden. ‘Je kunt iets over statistiek bijleren, of je kennis opfrissen. Ook beantwoord je door een CAT (critical appraisal of a topic) de vraag “we doen dit altijd zo, maar is dat wel onderbouwd?” Dat vind ik nuttig.’

Onbeantwoord

Ook vanuit zijn rol als NVAB-vicevoorzitter ziet hij onderzoek als belangrijk voor de beroepsgroep. ‘Een heleboel onbeantwoorde vragen leiden in potentie tot wezenlijke veranderingen in hoe wij ons werk doen,’ zegt hij. Een voorbeeld is de focus op het exposoomdenken dat de laatste jaren is ontstaan. ‘Alles waar we aan worden blootgesteld en wat daarvan het gevolg is voor onze gezondheid. Daar liggen relaties die we nog niet kennen en veel dingen die we nog niet weten. Soms moeten daarover dingen worden uitgezocht om te weten wat we moeten doen.’ Dan kan er ook meer aan preventie worden gedaan, stelt Thijssens.

Als goed voorbeeld noemt hij deze blog van Moniek van Zitteren en Jantine Cruijssen, over het organiseren van refereerbijeenkomsten binnen het UWV. ‘Dat is een heel tastbare, kleine stap en dit zou ook in arbodiensten kunnen.’ Het aantal aios groeit gelukkig gestaag, zegt Thijssens. ‘Een groot deel daarvan moet ook onderzoek doen. Bij de NSPOH – en binnenkort ook bij de SGBO – hebben ze ook een soort refereerbijeenkomsten, als een soort symposium. Het zou mooi zijn als dat voor de hele beroepsgroep beschikbaar is.’ Het gaat dan om veel kleine onderzoeken, die allemaal geen allesomvattend antwoord geven. ‘Maar misschien vinden anderen dan wel een aanleiding om erop in te haken. Als je nergens iets over leest, is het er niet voor je gevoel.’

1 REACTIE

  1. Boyd zegt: ‘Officieel ben ik nog steeds in opleiding, ik wacht nu op mijn diploma.’ Dat laatste klopt, maar hij vandaag wel aangemeld bij de RGS voor registratie als bedrijfsarts.
    Gefeliciteerd Boyd, nieuwe collega erbij met hart voor het vak en voor de wetenschappelijke onderbouwing ervan! ??

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen
account, maak dan hieronder een account aan.
Lees ook de spelregels.