Onze kennis van geneeskunde en gezondheidszorg in het oude Egypte is gebaseerd op een aantal overleverde documenten, zogenaamde papyri, die een schat aan informatie bevatten. Twee papyri zijn voor ons thema arbeid en gezondheid extra belangrijk: de Papyrus Ebers en de Papyrus Merer.
Papyrus Ebers
De Papyrus Ebers is een van de oudste en meest uitgebreide medische teksten uit het oude Egypte. Dit document, dat rond 1550 voor Christus werd geschreven tijdens de achttiende dynastie, bevat een schat aan informatie over de medische kennis en behandelingen van die tijd. Het werd in de negentiende eeuw ontdekt in Luxor en wordt nu bewaard in de Universiteit van Leipzig. De tekst beslaat 110 pagina’s en bevat meer dan 800 medische recepten en behandelingen. Enkele belangrijke thema’s zijn:
• ziekten en behandelingen: beschrijvingen van kwalen zoals oogziekten, huidproblemen, maagklachten, hartkwalen en zelfs psychische aandoeningen;
• farmacologie: een lijst van honderden geneesmiddelen op basis van kruiden (aloë vera, komijn, mirre), mineralen en dierlijke producten;
• magie en geneeskunde: combinaties van praktische geneeskunde en magische spreuken ter genezing van ziekten;
• chirurgische ingrepen: behandelingen voor wonden, botbreuken en zelfs tandheelkunde;
• hart en bloedvaten: een opvallend deel beschrijft het hart als het centrum van de bloedsomloop, een vroege poging om de functie van het hartvaatstelsel te begrijpen.
De Papyrus Ebers laat zien hoe geavanceerd de Egyptische geneeskunde al was, duizenden jaren voordat moderne medische wetenschap ontstond.
Papyrus van Merer
De Papyrus van Merer is een van de oudste bekende documenten die details geeft over de bouw van de Grote Piramide van Gizeh (Piramide van Cheops). Dit document werd ontdekt in 2013 in Wadi el Jarf, een oude Egyptische haven aan de Rode Zee, en dateert uit de zesentwintigste eeuw voor Christus, tijdens de regering van farao Cheops. De Papyrus van Merer wordt bewaard in het Grand Egyptian Museum in Egypte, nabij de piramides van Gizeh.
Fragment uit de Papyrus van Merer
De papyrus bestaat uit logboeken van een Egyptische opzichter genaamd Merer. Deze geeft leiding aan een groep arbeiders die grote blokken witte kalksteen vervoeren van de steengroeven in Tura (ten oosten van de Nijl) naar de bouwplaats in Gizeh. De kalksteenblokken worden per boot of met houten vlotten voorzien van luchtzakken over een speciaal aangelegd netwerk van kanalen en de Nijl naar de bouwplaats gebracht. De papyrus bevat een dagboekachtige beschrijving van hoe de arbeiders de stenen in schepen laden en vervoeren.
De Egyptenaren hebben ingewikkelde technieken ontwikkeld om het zware werk van piramidebouwers te verlichten en de fysieke belasting van de arbeiders binnen de perken te houden. Zij passen slimme methoden toe om grote steenblokken te hijsen, verplaatsen en transporteren. Kleine teams kunnen stenen beetje bij beetje optillen met houten hefbomen en wiggen eronder plaatsen om hoogte te winnen. Sommige theorieën suggereren dat de piramide in lagen wordt gebouwd, met behulp van een trapvormige constructie, waarbij de arbeiders met hefbomen telkens een steen op een hoger niveau tillen1.
Piramide van Gizeh
De Egyptenaren bouwen lange, oplopende hellingbanen (van bakstenen, modder en kalksteen) om zware stenen omhoog te slepen. Grote blokken worden op houten sleden geplaatst. Archeologen hebben afbeeldingen gevonden waarop arbeiders water gieten voor de slede om het zand te bevochtigen. Dit vermindert de wrijving met 50 procent, waardoor het trekken veel gemakkelijker wordt.
Bij de piramides van Gizeh hebben archeologen een speciaal arbeidersdorp ontdekt, met bakstenen huizen, gemeenschappelijke keukens en zelfs ziekenhuizen. Dit wijst op een vorm van gezondheidszorg om gewonde of zieke arbeiders te behandelen. Onderzoekers hebben sporen gevonden van geheelde botbreuken. Botanalyses van gevonden skeletten wijzen op een degelijk en stevig arbeidersdieet: het bestaat uit brood, dadels, knoflook, bonen, bier, vlees (zoals rund en geitenvlees) en vis. Al met al, een calorie- en eiwitrijk dieet om zware arbeid te ondersteunen.
De bouwers van de piramiden hebben gewerkt onder zware omstandigheden, maar ze zijn voorzien van uitstekende voeding en van medische zorg. Er is een vorm van sociale organisatie geweest: er is bewijs dat ze hebben gewerkt in ploegendienst, om overbelasting en uitputting te voorkomen. Dit alles bevestigt dat de piramiden niet door ondervoede slaven zijn gebouwd, maar door georganiseerde arbeiders, die van hogerhand zijn ondersteund met de nodige hulpmiddelen en een goede gezondheidszorg.
1Hoe de piramidebouwers precies te werk zijn gegaan weet niemand zeker. Primaire bronnen met informatie over de bouwtechniek hebben we niet. Gepensioneerd orthopedisch chirurg Bernard Mullers is gaan rekenen met hefboomwerkingen, hellingshoeken en wrijvingsweerstanden en heeft een model geconstrueerd waarmee zeer zware lasten zoals enorme stenen kunnen worden verplaatst. Zie bij ‘Verder lezen’.
Verder lezen
• Gloerich J. Heeft een Bilthovenaar het geheim van de piramides ontcijferd? Elseviers Weekblad, 2 juli 2022.