Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Bedrijfsarts mist professionele distantie

Bas Sorgdrager
Een bedrijfsarts krijgt een berisping voor onprofessioneel gedrag. Het centraal tuchtcollege oordeelde anders dan het regionaal tuchtcollege over de klacht dat de bedrijfsarts zich niet had moeten laten leiden door persoonlijke frustraties en zich in meer neutrale bewoordingen over klager had moeten uitlaten.
© sdecoret / stock.adobe.com
De feiten kort samengevat
Klager is een vorkheftruckchauffeur voltijds werkzaam die zich heeft ziekgemeld bij zijn werkgever. Er speelde een arbeidsconflict tussen klager en zijn werkgever. Na betrokkenheid van meerdere bedrijfsartsen van een arbodienst heeft een gesprek plaatsgevonden tussen klager en de bedrijfsarts, verweerder in deze tuchtzaak. Deze bedrijfsarts was niet in dienst bij de arbodienst. Het was niet de bedoeling dat de bedrijfsarts de begeleiding van de klager daadwerkelijk zou overnemen. Klager volgde psychologische behandeling.
In een eerder stadium is aan betrokkene aangepast werk aangeboden in spoor 2, maar omdat dit bedrijf dicht bij het eigen bedrijf ligt en betrokkene mensen kent die er werken, voelde dit voor hem niet veilig. Het bedrijf kon hiervoor geen begrip opbrengen. De bedrijfsarts heeft toen aan de werkgever aangegeven dat de perceptie van de betrokkene hierin leidend was (mede bepaald vanuit ziekte) dus dat een andere werkplek in spoor 2 noodzakelijk was om betrokkene te activeren. Vervolgens zijn alle pogingen om betrokkene daadwerkelijk in spoor 2 te laten re-integreren mislukt, omdat betrokkene zich op het standpunt blijft stellen dat hij teveel spanningsklachten ervaart om ingezet te worden in welke vorm van arbeid dan ook.
De adviezen van beklaagde bedrijfsarts hebben niet geleid tot een oplossing van het conflict tussen klager en zijn werkgever. Hierop heeft de werkgever een deskundigenoordeel gevraagd aan het UWV. Het UWV heeft beklaagde verzocht een medische onderbouwing te geven van de door hem vastgestelde belastbaarheid. Aan betrokkene is aangeboden om een inzetbaarheidsadvies te krijgen door een bedrijfsarts dichter bij de woonplaats van betrokkene. Dit heeft betrokkene geweigerd, ondanks uitdrukkelijk verzoek hiertoe vanuit de arbodienst. Bedrijfsarts is verzocht om betrokkene te zien op een locatie die voor betrokkene enigszins bereikbaar was vanwege een onverwacht vertrek van de beoogde opvolgende bedrijfsarts, zodat er in elk geval een inzetbaarheidsadvies kon worden verstrekt aan werkgever en werknemer. Nadien heeft bedrijfsarts nog tweemaal telefonisch contact gehad met betrokkene vanwege het ontbreken van een opvolgend bedrijfsarts bij de werkgever.
De beklaagde bedrijfsarts rapporteert: ‘Betrokkene heeft geen gehoor gegeven aan mijn adviezen om te re-integreren in passende werkzaamheden in spoor 2. Hiermee werd gepoogd de impasse te doorbreken waarbij betrokkene aangeeft vanwege zijn spanningsklachten niet in staat te zijn om te re-integreren. Deze spanningsklachten vloeien voort uit het arbeidsconflict. Betrokkene heeft zich in mijn beleving structureel klachtgericht opgesteld in plaats van tijdcontingent te re-integreren in aangepast werk. Activatie in aangepast werk komt hierdoor niet van de grond. In november heb ik hierover mailcontact gehad met betrokkene. Inmiddels is het conflict nog verder juridisch geëscaleerd.’

De klacht

Klager verwijt de bedrijfsarts ten eerste dat hij adviezen heeft gegeven zonder daarvoor informatie te hebben ingewonnen bij de behandelaar van klager. Ten tweede dat hij zijn adviezen, waaronder een door hem opgestelde probleemanalyse en plan van aanpak, niet heeft afgestemd met klager. De derde klacht betreft de berichtgeving aan het UWV die naar zijn mening zodanig is geformuleerd dat dit schadelijk is voor de klager.

Overwegingen tuchtcolleges

Het regionaal tuchtcollege heeft de eerste twee klachten ongegrond verklaard. Bij de derde klacht overweegt het college dat beklaagde zich bij zijn woordkeuze aan het UWV bewust dient te zijn van de (mogelijke) consequenties die verkeerde interpretatie van de informatie met zich mee kan brengen. Het college gaat ervanuit dat beklaagde dit advies ter harte zal nemen. Het college is echter van oordeel dat de medische onderbouwing aan het UWV voldoende feitelijk is opgesteld en niet (opzettelijk) schadelijk is voor klager.
Bij de zitting van het centraal tuchtcollege heeft de bedrijfsarts aangegeven zich bij het opstellen van de brief aan het UWV (mede) te hebben laten leiden door zijn frustratie – meer in het bijzonder zijn persoonlijke gevoelens over de wijze waarop arbeidsgeschillen leiden tot ziekmeldingen van werknemers – en emoties, die erin bestonden dat klager de situatie volgens hem saboteerde en dat klager op hem niet sympathiek overkwam. Naar het oordeel van het centraal tuchtcollege klinkt deze privéopvatting van de bedrijfsarts te zeer door in de door hem gebruikte formuleringen richting het UWV.
‘De privéopvatting van de bedrijfsarts klinkt
door in de formulering naar het UWV’
Het regionaal tuchtcollege verklaart de klachten ongegrond. Het centraal tuchtcollege verklaart het derde klachtonderdeel gegrond. Het centraal tuchtcollege overweegt dat de beklaagde bedrijfsarts eenzijdig is geweest in het vermelden van feitelijke informatie over het re-integratietraject van klager. Zo heeft de bedrijfsarts geschreven dat klager ‘al zijn adviezen’ niet heeft opgevolgd en dat klager zich ‘structureel klachtgericht opstelt in plaats tijdcontingent te re-integreren in aangepast werk’ en ook dat het conflict nog verder juridisch is geëscaleerd. Daar staat tegenover dat de bedrijfsarts geen aandacht besteedt aan de omstandigheid dat zijn advies aan de werkgever om, kort gezegd, een veilige re-integratieplek aan te bieden, geen gevolg heeft gekregen. Bovendien heeft de bedrijfsarts aan de door hem wel vermelde informatie uitdrukkelijk het oordeel verbonden dat het niet slagen van dit traject aan het handelen van klager te wijten zou zijn. Daarmee is het handelen van de bedrijfsarts laakbaar. Onder deze omstandigheden oordeelt het centraal tuchtcollege de maatregel van berisping.

Leerpunt

Professionele distantie kan de bedrijfsarts helpen om in neutrale bewoordingen en formuleringen zijn bevindingen, oordeel en advies te presenteren. Een kerntaak van de bedrijfsarts is adviseren over gezond en veilig werk. Als een werknemer daar twijfels over heeft, is nader onderzoek aangewezen.
Reageren? Stuur een mail naar tbvredactie@bsl.nl

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen
account, maak dan hieronder een account aan.
Lees ook de spelregels.