Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Herziening richtlijnen Q-koorts vermoeidheidssyndroom en Prikaccidenten

Jaap Maas
Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) ontwikkelt richtlijnen ten behoeve van infectieziektebestrijding.
De Landelijke Coördinatie Infectieziektebestrijding (LCI) coördineert zowel de bestrijding van infectieziekten in Nederland als de daarmee samenhangende communicatie om op landelijk en regionaal niveau adequaat en snel te kunnen handelen. Twee bestaande richtlijnen zijn herzien.

Herziening richtlijn Q-koorts vermoeidheidssyndroom

In tegenstelling tot wat de naam Q-koortsvermoeidheidssyndroom (QVS) suggereert, gaat het niet alleen om chronische vermoeidheidsklachten, maar om een uitgebreid klachtenpallet van verschillende klachten. Wat deze klachten echter met elkaar gemeen hebben, is dat ze een grote impact hebben op het algemene welbevinden en op de inzetbaarheid.

De reden voor de huidige update is dat sinds het verschijnen van de eerste richtlijn in 2012 nieuwe onderzoeksgegevens beschikbaar zijn gekomen. Belangrijke wijzigingen ten opzichte van de richtlijn uit 2012 zijn:

1.

Er wordt uitgebreid ingegaan op de verschillen en overeenkomsten tussen QVS en het chronischvermoeidheidssyndroom;
2.

De diagnose QVS is aangescherpt;
3.

Actualisatie van de adviezen over behandeling en begeleiding;
4.

De paragrafen over re-integratie en verzuimbegeleiding zijn aangepast naar aanleiding van de gewijzigde wet- en regelgeving.
Een wijziging van de huidige arboparagraaf ten opzichte van. 2012 is dat het begeleidingstraject sterk gestructureerd is met vaste evaluatiemomenten door middel van vragenlijsten, inwinnen van medische informatie en na een jaar standaard een arbeidsdeskundig onderzoek.
https://lci.rivm.nl/richtlijnen/q-koortsvermoeidheidssyndroom

Herziening richtlijn prikaccidenten

Prik-, spat-, snij- en bijtaccidenten komen vooral voor tijdens de medische beroepsuitoefening in het ziekenhuis, het laboratorium of de huisartsenpraktijk. Per jaar worden er rond de 15.000 prikincidenten gemeld, waarvan 95% werkgebonden.

Sinds het verschijnen van de vorige richtlijn in 2007 zijn er veel nieuwe onderzoeksgegevens beschikbaar gekomen en is er veel voortgang geboekt in de behandeling van de bloedgebonden infecties hepatitis B en C en HIV. Enkele opvallende wijzigingen ten opzichte van de eerdere richtlijn zijn:

1.

De methodiek van risicobeoordeling is vereenvoudigd. Aan de hand van een stapsgewijze beschrijving van de praktische afhandeling van het incident komen alle noodzakelijke handelingen en acties aan bod, zoals wondreiniging, diagnostiek, bronbepalingen, vaccinatie, behandeling en psychosociale nazorg;
2.

De behandeling van een hiv-infectie is veel effectiever en eenvoudiger geworden, met veel minder bijwerkingen;
3.

De indicatie voor een post-expositie profylaxe (PEP) behandeling is bijgesteld als de HIV-geïnfecteerde bron aantoonbaar goed is ingesteld op antiretrovirale medicatie;
4.

Een hepatitis C-infectie kan nu genezen worden;
5.

Een aparte bijlage gewijd aan de wet en regelgeving. In deze bijlage kan de bedrijfsarts verschillende handvatten vinden die behulpzaam zijn bij het formuleren van adequaat prikaccidentenbeleid. https://lci.rivm.nl/richtlijnen/prikaccidenten

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen
account, maak dan hieronder een account aan.
Lees ook de spelregels.