In Nederland werken ruim 200.000 arbeidsmigranten in een kwetsbare positie, voornamelijk in sectoren als land- en tuinbouw, bouw, logistiek en vleesverwerking. Zij verrichten vaak structureel werk, maar ruim 88 procent heeft slechts een flexibele arbeidsrelatie. Uit het onderzoek blijkt dat arbeidsmigranten hierdoor meer kans lopen op arbeidsongevallen dan hun Nederlandse collega’s. De Onderzoeksraad wijst op een combinatie van factoren die de veiligheid verder onder druk zet. Taalbarrières, culturele verschillen, vermoeidheid door lange reis- en werktijden en slechte huisvesting vergroten het risico op ongevallen. Daarnaast hebben arbeidsmigranten vaak moeite om na een incident de juiste zorg of juridische ondersteuning te vinden. Dat kan leiden tot blijvend letsel, inkomensverlies of verlies van woonruimte.De afhankelijkheid van werkgevers en de tijdelijke aard van contracten maken het voor arbeidsmigranten moeilijk om op te komen voor veilige werkomstandigheden. Bedrijven die werken met tijdelijke constructies hebben bovendien minder prikkels om in veiligheid te investeren. Hierdoor ontstaat een vorm van ‘wegwerpwerk’, waarin structureel werk wordt uitgevoerd door steeds wisselende tijdelijke krachten.De Onderzoeksraad concludeert dat duurzame arbeidsrelaties een belangrijke bijdrage leveren aan de veiligheid van arbeidsmigranten. Voor sectoren waar gevaarlijk en zwaar werk structureel voorkomt, is het volgens de onderzoekers noodzakelijk dat werkgevers het aandeel vaste contracten aanzienlijk vergroten en hierover afspraken maken in cao’s en sectorale akkoorden. Download hier het onderzoek van de Onderzoeksraad voor Veiligheid